Onderzoek van het inwendige dier
Röntgenfoto’s geven ons de mogelijkheid om het inwendige dier te onderzoeken, bijvoorbeeld:
- Afwijkingen aan de harde delen zoals botbreuken, artrose, spondylose, heupdysplasie en hernia.
- Afwijkingen aan zachte weefsels zoals hart, longen, blaas, maag en darmen.
- Voorwerpen die niet in het lichaam thuis horen zoals ingeslikte vishaken, stenen, etc.
Voor een duidelijke foto gebruiken we soms contrastmiddelen om verschillende weefsels beter van elkaar te onderscheiden, zoals lucht in de blaas of bariumpap in de darmen. Verder moet de patiënt stil liggen en vaak is daar een roesje voor nodig. Voor een second opinion kunnen we de foto’s ook door een radioloog laten beoordelen.